Eigenaren kinderdagverblijf doen aangifte tegen 3 medewerkers Belastingdienst

RTL Nieuws
dinsdag 27 april 2021

De eigenaren van een Rotterdams kinderdagverblijf hebben aangifte gedaan tegen drie medewerkers van de Belastingdienst, in de nasleep van het kinderopvangschandaal. Volgens hen legt de fiscus illegale boetes op. Het is voor zover bekend de eerste gerichte aangifte tegen ambtenaren wegens knevelarij.

Knevelarij is een ernstig ambtsmisdrijf, waarop maximaal zes jaar gevangenisstraf staat. Het houdt in dat een ambtenaar, vanuit zijn functie, geld eist van een burger waarvan hij weet dat dit niet terecht is.

Opeens controles

En dat is precies wat de eigenaren van het Rotterdamse kinderdagverblijf Het Randstadje de drie ambtenaren van het kantoor in Rotterdam, waaronder een inspecteur, kwalijk nemen. De familie Ben Addi (twee broers en een zus) begonnen in 2012 hun kinderdagverblijf, met inmiddels twee vestigingen in de havenstad. Er leek geen vuiltje aan de lucht.

"Totdat wij in 2015 zonder enige aanleiding meerdere controles van de Belastingdienst kregen. Het werd nog erger nadat wij met een fraudelabel werden geconfronteerd en dat ook ouders gedupeerd werden door de illegale fraudejacht van de Belastingdienst", zegt Loubna Ben Addi.

Discriminatie?

Het kinderdagverblijf zou op een soort zwarte lijst van de Belastingdienst zijn beland, project 1043. Het gevolg daarvan is dat de fiscus het bedrijf en zijn eigenaren behandelt als fraudeurs. Waarom dat label op hen is geplakt, is hen nooit verteld.

Naar aanleiding daarvan dienden de Ben Addi’s een klacht in wegens discriminatie. Zij zijn er van overtuigd dat zij op die lijst zijn gekomen op basis van hun afkomst, als Marokkaanse Nederlanders.
 

Daarna begon de ellende voor het kinderdagverblijf pas echt. De ondernemers kregen boetes opgelegd van de Belastingdienst, omdat zij onterecht onderhoudskosten van de winst afgetrokken zouden hebben. En dat is klinkklare onzin, zegt Karim Aachboun van belasting- en juridisch advieskantoor TaXeCo, die de ondernemers bijstaat.

Dat soort boetes mogen alleen opgelegd worden als er willens en wetens gefraudeerd wordt. Dat is hier helemaal niet het geval, zegt hij. Het aftrekken van die kosten is in lijn met eerdere uitspraken van de Hoge Raad, en dus mag er nooit een vergrijpboete worden opgelegd.

'Boete als onderhandelingstactiek'

"Nadat de belastingambtenaren van de klacht wetenschap hebben gekregen, hebben zij de vergrijpboetes opgelegd als een soort onderhandelingsinstrument met de bedoeling om de discriminatieklacht van tafel te krijgen", zegt Aachboun.

De belastingambtenaren wisten dus dat de boete onverschuldigd was, of hadden dat op zijn minst moeten weten, zegt hij. Dat de boetes, samen zo'n 7000 euro, toch zijn opgelegd, maakt dat er sprake is van knevelarij. En anders dan bij eerdere aangiftes, tegen de Belastingdienst als geheel en tegen bewindslieden, is het vermeende misdrijf in dit geval direct te koppelen aan drie specifieke ambtenaren.

Omgekeerde bewijslast

In een gesprek met de ambtenaren viel Aachboun van verbazing in verbazing. Zijn beeld is dat de Belastingdienst alle bezwaren en argumenten van tafel veegt, omdat zij er op voorhand van uitgaan dat ze met fraudeurs te maken hebben. "Je kan geen kant op. Ze leggen vergrijpboetes op en hopen dat het dan wordt uitgepraat. Dat is knevelarij."

Volgens de jurist kregen de ondernemers keer op keer te maken met onredelijke eisen van de Belastingdienst. Zo werd de bewijslast omgekeerd, zodat zij maar zelf moesten bewijzen géén fraudeur te zijn. Een onmogelijke opgave, zo bleek.

'Je gaat eraan onderdoor'

Wie op de lijst stond, werd daar niet van op de hoogte gesteld, laat staan dat er werd verteld waarom ze erop terecht waren gekomen. Maar de gevolgen waren ernstig: standaardpraktijk was dat eerder goedgekeurde aftrekposten alsnog werden afgewezen. De burgers in kwestie moesten hun eigen onschuld bewijzen, maar hoe ze dat zouden moeten doen werd niet gezegd.

Die ervaring weegt ook zwaar op de familie Ben Addi. "Je gaat er gewoon aan onderdoor", zegt Aachboun over zijn cliënten die ten einde raad zijn.

Aangetekende brief

In oktober vorig jaar al schreef hij een aangetekende brief aan staatssecretarissen Hans Vijlbrief en Alexandra van Huffelen over de vermeende knevelarij in de hoop dat zij de zaak op zouden pakken. Maar een inhoudelijke reactie kreeg hij nooit. Wel zegt Aachboun dat zijn kantoor lastiggevallen wordt door telefoontjes van de Belastingdienst met de vraag of er al aangifte is gedaan. Daarbij zou zelfs een secretaresse zijn uitgescholden.

De Belastingdienst zelf wil niks kwijt over de zaak. Een woordvoerder laat weten dat de geheimhoudingsplicht de dienst verbiedt om ook maar iets hierover te zeggen.

Functioneel parket onderzoekt

Het Openbaar Ministerie bevestigt desgevraagd wel dat de aangifte is ontvangen. In eerste instantie was deze ingediend bij de hoofofficier van Justitie in Rotterdam, maar inmiddels is deze doorgestuurd en in behandeling bij het Functioneel Parket, laat een woordvoerder weten. Het Functioneel Parket is een onderdeel van het OM dat gespecialiseerd is onder meer complexe fraudezaken.

Het is voor zover bekend de eerste keer dat er aangifte wordt gedaan tegen specifieke ambtenaren van de Belastingdienst wegens knevelarij. Eerder deed staatssecretaris Van Huffelen aangifte tegen de hele Belastingdienst, maar daarin vond het OM geen aanknopingspunten om te vervolgen

Eerdere aangiftes vruchteloos

De belangrijkste reden daarvoor was dat bij het terugvorderen van kinderopvangtoeslag de ambtenaren simpelweg de beleidslijn volgden, ook al deugde die niet.

Ook werd er aangifte gedaan tegen vijf (oud)-bewindslieden, waaronder premier Rutte, namens 80 gedupeerden van het kinderopvangtoeslagschandaal. De procureur-generaal van de Hoge Raad adviseerde om deze klacht van tafel te vegen, omdat de ellende te wijten was aan het systeem, maar niet tot de individuele bewindslieden kon worden herleid.